Beschrijving
Einde van Utrecht als remonstrantse stad
Op 31 juli 1618 dankte prins Maurits op de Neude in Utrecht de waardgelders af. Met dit optreden tegen de door de stad Utrecht in dienst genomen militie viel zowel de beslissing in het conflict van hem met Johan van Oldenbarnevelt, als in de godsdienststrijd tussen remonstranten en contraremonstranten. Vanwege hun pro-remonstrantse gezindheid kregen de Staten van Utrecht en de stedelijke regering vrijwel meteen een andere samenstelling. Op 29 augustus werd Oldenbarnevelt gevangen gezet.
Van remonstranten naar contraremonstranten in Utrecht
In Utrecht waren alle predikanten, acht in getal, remonstrants. Een paar dagen na het ontslag van de waardgelders mochten de Utrechtse contraremonstranten reeds eigen kerkdiensten houden. Tevoren stond op het bezoek hieraan, wat alleen buiten de provincie mogelijk was, strenge straffen. In september moest de remonstrantse gemeente de Domkerk aan de contraremonstranten afstaan. Het beleggen van een Nationale Synode bleek nu ook uitvoerbaar. De besluiten hiervan leidden tot de afzetting van de remonstrantse predikanten en het beroepen van – gematigde – contraremonstanten in hun plaats.
Over Utrecht als remonstrantse stad en daarna
In dit boek komen zowel de aan 1610 tot 1618 voorafgaande en daarop volgende periode aan bod. Hoofpersonen zijn de tolerante, remonstrantse hofprediker Johannes Wtenbogaert en de in 1617 op de voorgrond tredende, toekomstige burgemeester Dirck van Velthuysen, medestichter van de universiteit in 1636.