Beschrijving
Natuurhistorische musea onderscheiden zich van andere musea door een lage drempel voor een groot en breed publiek: iedereen houdt van natuur. In en rond die musea wemelt het van deskundige specialisten, soms professioneel opgeleide biologen en geologen, vaak ook autodidacten met een enorme kennis van een klein verzamelgebied. Wat ze gemeen hebben is niet alleen hun kennis, maar ook bevlogenheid. De natuurschatten die ze in ruim twee eeuwen in Nederlandse musea hebben bijeengebracht zijn omvangrijk, rijk en van grote wetenschappelijke en educatieve waarde.
Collecties in Teylers, Naturalis en kleinere musea
Teylers, het oudste museum van Nederland, had al een verzameling stenen en fossielen bij de opening in 1784. Naturalis verzamelt de natuur sinds 1820 en onder invloed van de opbloeiende belangstelling voor natuurwetenschap brachten ook universiteiten natuurhistorische verzamelingen bijeen. In de eerste helft van de twintigste eeuw zijn er tientallen kleinere natuurmusea bijgekomen, vooral dankzij het groeiende besef dat de natuur onder druk kwam te staan. Juist daarom zijn natuurmusea nog steeds springlevend.
Nog niet eerder in kaart gebrachte geschiedenis van natuurhistorische collecties in Nederlandse musea
In het boek Natuurschatten schetst Fred de Ruiter een nog niet eerder in kaart gebrachte geschiedenis van natuurhistorische collecties in Nederlandse musea. Hij nodigt iedereen uit om met hem mee te kijken naar al die wonderlijke objecten en collecties in de bonte verscheidenheid van natuurmusea die ons land kent en gekend heeft. Met aanstekelijk enthousiasme laat hij ze voorbijkomen en verleidt hij de lezer om onze natuurschatten ook eens in het echt te gaan bekijken.