Beschrijving
De negentiende eeuw was een tijd van grote maatschappelijke, technologische en politieke veranderingen. Opvallend genoeg werden die pas tegen het einde van de eeuw vertaald in een nieuwe architectuur. De hele eeuw stond in het teken van het historisme, kortweg aangeduid met de term ‘neostijlen’. Het is alsof men wilde vasthouden aan de oude beelden en in esthetisch opzicht niets wist te beginnen met de nieuwe technieken en materialen. Aan het eind van de eeuw was er ten slotte wel ruimte voor vernieuwing en kwam Nederland en dus ook Arnhem in aanraking met de Nieuwe Kunst.
De neostijlen in Arnhem, van verguisd naar geliefd
In de twintigste eeuw bestond lange tijd weinig waardering voor de neostijlen uit de voorgaande eeuw. ‘Neostijlen zijn nepstijlen’, werd wel eens gezegd. In de drang naar vernieuwing en modernisering legden veel panden in de wederopbouwjaren alsnog het loodje. In de jaren tachtig van de vorige eeuw kantelde dit beeld. De Burgemeesterswijk, Transvaalbuurt en Spijkerkwartier bleken ineens ‘hot’. Misschien wel juist vanwege die levendige en gevarieerde architectuur.
Arnhemse architectuur uit de negentiende eeuw
Dit boek wil de negentiende-eeuwse stijlen nader verklaren. Waar ze vandaan komen, waarom ze werden toegepast, waaraan ze zijn te herkennen en waar ze in Arnhem zijn te vinden. Het overzicht begint met een bescheiden geschiedenis van de ruimtelijke ontwikkelingen in de negentiende eeuw, die vaak mede redengevend zijn geweest voor de toepassing van de diverse bouwstijlen en vormt een gids in de complexe wereld van de neostijlen.